Vlaamse reactie op besparingen in Nederlandse cultuursector

Als reactie op de besparingen in de Nederlandse cultuursector schreven BAM, VTi, Muziekcentrum Vlaanderen, VAF, VFL, VAi, FARO, deBuren, De Brakke Grond en Kaaitheater gezamenlijk een opiniestuk, dat op vrijdag 24 juni in De Standaard en op zaterdag 25 juni in Trouw verscheen.

 

De Nederlandse politiek voorziet drastische bezuinigingen om de kunst weer dichter bij de markt en het publiek te brengen. Van de manier waarop die besparingen nu worden doorgevoerd, wordt net de samenleving het slachtoffer. Gaat Nederland het tegendeel van zijn Gouden Eeuw tegemoet?

De Nederlandse regering voorziet ingrijpende bezuinigingen in de kunstensector, met als doel een 'cultuuromslag' te realiseren. Kunst moet opnieuw in gesprek met de markt en het publiek en geen hobby van een elite die zelf maar moet opdraaien voor haar fratsen. Enkel toegankelijke 'topkunst' en 'ondernemerschap' zijn nog de investering waard.

In Nederland is de verontwaardiging enorm, zowel bij het publiek als bij intellectuelen. Omdat het bedrag van de bezuinigingen zo hoog is, maar vooral omdat ze zo ondoordacht geïmplementeerd worden. Enkel wat onmiddellijk rendeert wordt nog gesteund. Het is duidelijk dat de beoogde doelstelling – als dat het vergroten van het maatschappelijk draagvlak is – op deze manier niet bereikt zal worden.

Als het stimuleren van ondernemerschap inderdaad het doel zou zijn van de besparingen, dan is het een raadsel waarom de BTW op podiumkunsten van 6 tot 19% opgetrokken moet worden. Zulke maatregelen raken culturele ondernemers juist in het hart, ze maken hen het werken onmogelijk.

Er wordt nog uitsluitend geïnvesteerd in 'topkunst'; niet in opleidingen, talentontwikkeling of productiefaciliteiten voor ontluikend talent. Wie echter duurzaam in topkunst wil investeren, zal er ook voor moeten zorgen dat het talent van morgen zich kan ontwikkelen. De Nederlandse regering voert cultuurbeleid alsof we ons in een eeuwig heden bevinden. Alsof geen nieuwe generatie klaar moet staan wanneer het verhaal van de vandaag gerenommeerde kunstenaars verteld zal zijn.

Ook het buitenland volgt de situatie in Nederland met argusogen op. In vele landen staat de legitimering van kunstsubsidies ter discussie, omdat overheidsuitgaven gesaneerd moeten worden. Nergens wordt zo ingrijpend gehakt als in Nederland. Dat leidt in het buitenland tot verbijstering over de kortzichtigheid en het schijnbaar sadistische genoegen waarmee een land zijn gestaag opgebouwd cultureel kapitaal en internationale excellentie te grabbel gooit in een roekeloos experiment – bij voorbaat gedoemd om te mislukken.

Het is geen toeval dat de internationale kunstenwereld zich zo betrokken voelt. De artistieke praktijk laat zich vandaag minder dan ooit inperken tot landsgrenzen. De effecten van de buitensporige besparing zullen zich dus over heel Europa, zelfs mondiaal, laten voelen.

Uiteraard manifesteert de impact van deze beslissingen zich sterk in Vlaanderen. De rijke Belgisch-Nederlandse samenwerkingstraditie komt onder druk, gaven enkele Vlaamse podiumgezelschappen al aan. Dat de impact verder reikt dan de buurlanden, bleek uit een open brief waarin prominenten uit de Europese kunstensector het 'cultureel vandalisme' van de besparingen aan de kaak stellen.

Dat de effecten zelfs rimpelen tot in de VS, toch het gidsland van het nieuwe Nederlandse kunstbeleid, is veelzeggend. Time Out (editie Chicago) publiceerde een artikel over de effecten van de Europese bezuinigingen voor de VS: 'American dance companies often turn to works made in Europe when seeking bankable returns on carefully made investments.' In de VS is de podiumkunstenproductie overgeleverd aan de markt. Dat betekent dat er niet geïnvesteerd kan worden in vernieuwing van het repertoire. Net om die reden wordt er sterk geleund op werk dat 'zorgvuldig' in Europa is ontwikkeld.

Als de ruimte voor productie en ontwikkeling wegvalt, zal Nederland dan ook zijn repertoire moeten importeren? Straks voeren Nederlandse orkesten enkel nog De vier jaargetijden op, reageerde Jan Raes, de directeur van het Concertgebouworkest. Kan kunst op die manier nog een spiegel zijn van de samenleving, of een denktank over maatschappelijke ontwikkelingen? Het laat zien dat uiteindelijk niet de internationale kunstenwereld het slachtoffer zal zijn van wat te gebeuren staat, maar vooral de eigen, verarmde samenleving.

Niet alleen zal er minder repertoire zijn, tevens dreigt internationaal cultureel isolement. Ook dit heeft een impact op de eigen samenleving. We gaan mogelijk de grootste culturele braindrain uit de Nederlandse geschiedenis tegemoet. Nu al zijn er kunstenaars en cultuurwerkers die aangaven niet meer in eigen land actief te zullen zijn. Daardoor zullen ze slechts indirect nog een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de eigen samenleving.

Ook door het sluiten van de postgraduate opleidingen zal internationaal jong toptalent niet meer voor langere tijd naar Nederland kunnen komen, waardoor ze geen impulsen meer kunnen geven aan de lokale scenes. De btw-verhoging en het stoppen van de steun aan festivals en vlakkevloertheaters, maken moeilijk om internationaal werk aan het Nederlandse publiek te tonen. Kan het eigen talent zich ontwikkelen zonder internationale benchmark? Hoe kan Nederland zijn steden aantrekkelijk houden voor zowel lokaal talent als bezoekers uit het buitenland?

Door buitensporige besparingen zo ondoordacht door te voeren, neemt de Nederlandse politiek een enorm risico dat van weinig historisch besef getuigt. Nederland is lang internationaal een artistiek baken geweest – op het vlak van de podiumkunsten, van architectuur, muziek, beeldende kunst én een visionair kunstenbeleid. Door het verdelgen van de creatieve humuslaag en de mogelijkheid om internationaal werk te tonen, komt die positie onder grote druk.

Dat dit een verlies is voor de hele samenleving, kan de geschiedenis van Nederland wonderwel illustreren. Nederlands Gouden Eeuw laat zien welke artistieke, economische en technologische bloei te beurt valt aan een samenleving die zich door haar verdraagzaamheid, openheid en diversiteit positioneert als een broedplaats voor talent uit binnen- en buitenland. De Gouden Eeuw kwam er tegelijk met een intellectuele braindrain uit Vlaanderen, die daar aanleiding gaf voor eeuwen van culturele en economische achterstand. Vanuit dit besef hopen wij dat Nederland zich vandaag niet opmaakt voor het tegendeel van zijn Gouden Eeuw en dat de regering en de Tweede Kamer alsnog de voorgestelde plannen alsnog wijzigen.

 

Contact:

Organisaties die het opiniestuk mee willen ondertekenen, kunnen een mail sturen naar marijke@vti.be.

Ondertekenaars: Abattoir Fermé, Art Basics for Children, Braakland/Zhebilding, BUDA, Campo, Collageproducties, Compagnie KAiET!, Comp. Marius, Cultuurcentrum de Werft Geel, de Filmfabriek, deepblue, Demos, De Roma, De Tijd, Ensemble Leporello, Het beschrijf, Kunst/Werk, KVS, Laika, Madam Fortuna - Werkplaats voor Kunsten, Margarita Production, oKo (Overleg Kunstenorganisaties), Productiehuis Het Gevolg, Productiehuis Votnik, Sarma, STUK Kunstencentrum, tg STAN, Theatermakershuis de Queeste, Theateropleiding RITS Brussel, toneelgroep NUNC, Tutti Fratelli, Ultima Vez, Videokontakt, Walpurgis, WArd/waRD - Ann Van den Broek, Work Space Brussels

Datum:
1-7-11